Afronding

Met de hopper van Chiavel terug naar  haar huis gevlogen. Kervin en Burton nu dakloos die onderdak moesten krijgen.  Met Ishma geregeld, Burton in haar roedele, mede als medicoijn voor Estrice. En Kewrvin bij jhaar. Wel nog  met ze overeen te komen.   In alle opzichten hoogspanning. Z]n definitieve verdwijning die zich nog  moest  waarmaken. Haar relatie met ze was nooit een belasting geweest. Alleen verdachte slecties te melden. Maar nu betrokken worden bij een liquidatie, daar mede voor verantwoodelijk. En ook de daarbij betrokken. Daardoor in gevaar. Die dienst die geen genade kende. Waar ze nog een half jaar deel van uitmaakte. En dat afzweren een absoluut daarover  zwijgen en niets achter te houden. Een belofte dieze niet zou nakomen. Daarin was ook zij r meedogenloos.

Kervin had ze meegenomen naar wat voor hem bedacht ondedak. Twee kamers en suite gescheiden met schuifdeuren. ‘Een breau voor als je wilt schrijven Kervin. Ik weet dat je daarvan houdt’. Hij keek aangenaam verrast. ‘Een fraai antiek, Verna. Had jedar al’? Uit de kringloop en vrij prijzig. Ook die trimfiets en set gewixhten. Waarmee je je conditie mee op pijl kunt houden. Hier zijn geen bergen en die sport daar, wordt je te oud voor en is daardoor gevaarlijk’. ‘Houdt jij die op niveau met de trap’? Áls terug kom van mijn werd en het niet regent. Dan is die te gald’. Moesthij wat aan doen. Ishma bellen wat, vedacht hij. Gij wist van diegevaren als hetregende in de bergen. ‘Er af dat doe ik liever niet, Last van hoogtevrees’.n’Teon die ladeer de grot in’?. ‘Een kwestie van je gevoelens beheersen. En dank zij die trap die ladder geen probleem.’.’En op zolder een kamer meteen groot raam op het noorden. Heb gezien dat je ook schildert’.

Wordt in alle opzichten ingepakt, bedacht hij. Geen ontkomen meer aan. De bergen werden de heuvels hier, veel minder uitdagend. Moest mgen volgens Chiavel. Maar dieeas er niet meer. En daarmee ook het riscantem steeds meer beleefd. Hij werd ibderdaad ouder . Daat vaneen piek afrennen met een scherm en je door de wend laten vangen. Even vallen en hopen dat het goed komt. Chiavel eebns met een cleermuispak de diepte in duiken, langs de hellingscheren en met een parachute landen. Moest hij ook eens proberen. Kennelijk toen al geen probleem  met als het mis ging. Had hij nog stees gewijgerd, ‘Angsthaas’. Die heuwels, daar was hij aan toe. Zou wel even wennen worden. Maar samen Verna’s gebabbel al best leuk en ontspannend  geweest.

  Burton zou ver weg naa r het hoge noorden gaan. Werdenze gescheiden. Zou pijn lijden zijn Of hij wel zonderhem kon Moes, tensij ze saen onderdak zochten. Maar waar eb hoe, als zwerver? Terwijl weg was geweest van de ateluer daar. En verliefd op die Estrice? Een gevoelige jongen. Kortgeleven z’n consult gehas. Was een lang gesprek geweest. Die horst was voor znn geestelijk bestel nietgoe. ‘Zoek samen met Kervin een uitweg’. En ze had hem een paar boeken voorgeschreven. Waren ze samen gaan lezen. En dat moest door gaan. Al heel inspirerend gebleken. Kon met vidio-overleg.

‘Morgen breng je de hopper weer terug. Pak jullie apullwn bij elkaaar. En breng Burton naar Isham’s roedel. Ze verwaxgten hem’.

De horst  was ocwe, De geheime dienst die het vernaalsysteem onklaar zou maken. De metalen kurkentrekker die verkreukeld op de bodem van degrot zou liggen. Niet toegankelijk door niemands gemerkt. Het zwanbad werd weer zorgeloos zwemmen met geen ideevan waarcoor ook eens bedoeld. Met wel ‘wat betekdn die voeg in het midden. Met misschien eens nb eeuwen luchtbelletjes.

Laat gewerden had Verna had hem alleen gelaten. Was hij gaan nestelen. Achter hetbureau gezeten alles op zich in laten werken. Er hing een  gvrafure Ishma. Een boekenkast  met nog maar weinig bieke. Kennelijk bedoeld voor zijb cerzameling. De schuifsdueren waren met  glad ib lood. Schoven tussen fraai houen kasten. Twee net gwslepen glasvensters. Was in alle opzichten mee televen. Heel Wat anderen beter dan op de horst. Na even de trimfiets doodood mow in hwt roJale bed gedoken en meteen in slqap gevallen.

Dromend over kabels in de ruimte lopend. Eeven aoggekloos, Tot hij op de trap van Verna stond. Die afrende tot op het strand. Dat deijfzand was, Waain hij wegzakte, Met in de verteHesta die hem daarover hqd verteld. Die hen wenkte, Waaran hij wakker werd. Recht op ging ziiten en dronk van het water op een nachtkastje naast hetbed. Waarbij zijn blik viel op het bureau in de andere kamer.’Komt goed’, besliste hij. Moest mogen.